Toneel als wapen tegen de textielfabrikanten. Toneel om onder elkaar te zijn. Toneel om te vormen. Toneel om het toneel. In de afgelopen 120 jaar is dat allemaal van toepassing (geweest) op toneelvereniging Enschede’s Vrije Toneel. Vanaf de oprichting in 1902 heeft iedere generatie toneelspelers invulling gegeven aan de ‘vrijheid’ die bij de vereniging vooropstaat, steeds in de context van de eigen tijd. De geschiedenis van Enschede’s Vrije Toneel is daarom voor een deel ook de geschiedenis van Enschede, van Nederland en van het Nederlandse toneel. Dit verhaal wordt verteld aan de hand van 35 blogs. Tijdens de coronapandemie heeft de vereniging geen theaterstuk kunnen opvoeren, maar we hebben ook niet stilgezeten. Aan de hand van ons eigen archief, krantenartikelen, boeken, het gemeente- en provinciearchief en gesprekken met (oud-)leden hebben we het verleden van Enschede’s Vrije Toneel beschreven.
Hoe kun je toneelspelen als je niet kunt lezen? Wat is het lot geweest van de joodse regisseur van Enschede’s Vrije Toneel in de Tweede Wereldoorlog? Waarom moest de grote toneelschrijver Herman Heijermans getuige zijn in een strafzaak tegen Enschede’s Vrije Toneel? Welke rol speelde de vereniging bij de (her)oprichting van de Concordia en het Vestzaktheater? Hoe kwam Enschede’s Vrije Toneel terecht in Letland? Wat hebben de grootvader van Gerard Reve en de vader van Rutger Hauer te maken met toneel in Enschede? Welke voorstelling werd door de burgemeester verboden? En wie trouwde er met wie? Je leest het allemaal hier.